Velen gaan ervan uit
dat hoop de som is
van hun wensen
en verwachtingen.
Dat is ze allerminst.
Zij is de bron
die op de bodem van je ziel ligt
en soms onvermoede kracht
naar boven haalt.
Zij is de moed
om als de nacht ons overvalt
nog maar naar het kleinste licht
te blijven zoeken.
Zij is de stem
wanneer je twijfelt
en er zelfs geen weg te zien is,
zegt: “Sta op en ga!”
Zij maakt ons mens.
Ze is de adem
die je verder brengt
dan je zelf ooit had kunnen denken.
Hoop wordt niet doorgegeven
als een laaiende fakkel
maar veeleer als een flakkerend lichtje
in zorgzame handen.
(Naar: Kris Gelaude)
